Spechten
Spechten (Picidae) vormen een familie van kleine tot middelgrote, robuuste vogels met scherpe snavels en zygodactylische poten waarvan de twee middelste tenen naar voren staan en de buitenste twee naar achteren. Spechten leven meestal in bomen en gebruiken hun scherpe snavel en lange kleverige tong om daaruit insecten los te peuteren.
Groene Spechten zijn standvogels van open loofbossen, hoogstamboomgaarden, parken en oude houtsingels. Hij broedt meestal in een zelf gehakt hol in een oude loofboom. Zijn voedsel bestaat vooral uit grote mieren (vooral rode bosmieren) en wordt meestal op de grond verzameld. De lachende roep van de Groene Specht is een opvallend kenmerk.
Voor meer informatie over de Groene Specht:
De meest algemene specht van Nederland. Zowel mannetje als vrouwtje roffelt op takken met een korte snelle roffel om territorium en paarband te versterken. Grote Bonte Spechten hakken in bomen een nestholte uit met een rond gat. Ze hebben een voorkeur voor zachte houtsoorten, zoals berken.
Voor meer informatie over de Grote Bonte Specht:
Een spechtensoort die het in Nederland momenteel erg goed doet is de Middelste Bonte Specht. Maar het is nog steeds de zeldzaamste in vergelijking tot de grote en kleine bonte specht. Hij is vooral in Oost- en Zuid-Nederland te zien. De middelste bonte specht houdt van oud eikenbos.
Voor meer informatie over de Middelste Bonte Specht:
De Syrische Bonte Specht is zo groot als de Grote Bonte Specht. Hij lijkt ook sterk op de Grote Bonte, hij heeft echter geen zwarte wangstreep, waardoor er veel meer wit aan de zijde van zijn kop te zien is. Daarnaast zijn er nog een paar kleine verschillen zoals wat streepjes op de borst en buik en een iets langere snavel. (Hongarije, 2024).
Voor meer informatie over de Syrische Bonte Specht: